“Vind je dat niet moeilijk om barman te zijn en alcohol te schenken terwijl je moslim bent?”, vraag ik. “Ja, alcohol is haram (verkeerd)”, bevestigt hij, “maar Allah weet, als wij alleen halal (toegestaan) werk mochten doen, dat het nog moeilijker zou zijn om werk te vinden.” Allah is barmhartig. Morgen is hij steward bij de drag queen show. “Ik zal mijn ogen dicht doen”, grapt hij. En dan begint hij verhalen te vertellen van zijn geloof. “Hoe zit dat eigenlijk in de Bijbel, hebben jullie ook die verhalen? en wat met homoseksualiteit?”, wil hij allemaal weten. “En ken jij Lut? Ibrahim? (Lot, Abraham) Weet je wat met hem gebeurd was? In de Koran waren deze mensen profeten. Profeten zijn geroepen door God om mensen op het rechte pad te houden. In de Koran zijn er 25 profeten bij naam genoemd, met hun verhaal erbij. En verder zijn er 1400 profeten over de hele wereld, om mensen naar het goede te leiden.” “Hoe weet je dat?”, vraag ik benieuwd. “Ga je naar een moskee?” “Soms”, zegt hij eerlijk. “Maar ik lees veel op internet en in boeken. Het is belangrijk voor mij om zelf ook op het goede pad te blijven.” Wat is dan goed en wat is verkeerd? “Jezus heeft niets gezegd over homoseksualiteit”, waag ik. “Omdat het verboden was”, veronderstelt hij. “Of omdat Jezus voor andere dingen wou waarschuwen”, opper ik: “liegen, huichelen, elkaar kapot maken, uitbuiten…”. “Ja, uitbuiten is echt slecht”, beaamt hij peinzend.

In een andere hoek van de kamer staat de wii op – er wordt virtueel en brede armzwaaien getennist. Onze jongerenwerker moet er ook aan geloven. “Kom Joran!”, zo daagt iemand hem uit: “als jij verliest moet jij je bekeren tot de islam, haha!” We lachen en joelen plagerig naar elkaar. Joran wint. “Ik geloof in mijzelf”, verklaart hij wijselijk.

Geloof ligt in de Jongerenwerking soms voor het oprapen. Maar nooit zwaar of extreem. Humor kan, verhalen kunnen gedeeld worden. En dat is waar we ons allemaal aan optrekken.