Ze doet elk jaar mee. Met uitdelen van brieven van verbondenheid ter gelegenheid van het einde van de ramadan. Een gebaar van christelijke kerken aan moskeegemeenschappen. Ze is al 75 jaar. Een klein dametje, maar met wat een grootse ingesteldheid. Natuurlijk heeft ze allerlei kwalen die bij het ouder worden horen. Maar ze stapt dapper door. Ondertussen, op weg van de ene moskee naar de andere, tussen de appartementsblokken en vervallen huizen, door Antwerpen-Noord, vertelt ze honderduit. Dat ze hier al 40 jaar woont. En ja natuurlijk heeft ze in die tijd veel zien veranderen, veel meegemaakt, al wat je kunt bedenken. Overlast, drugs, vandalisme, politietussenkomsten, vuil.

Ik ben gewend dat mensen in haar situatie en op haar leeftijd zich tegen “de vreemdelingen” afzetten. Ik kan me daar nog wel iets bij voorstellen ook. Zeker als je ouder wordt, werkt dit alles heel vervreemdend.

Maar zo niet zij. Vol overtuiging deelt ze met mij haar doorleefde levensfilosofie. We zijn allemaal mensen. We moeten allemaal elkaar verdragen. Je kunt mensen niet over één kam scheren. Er zijn ook zoveel onvriendelijke Belgen en vriendelijke “buitenlanders”. Je moet het willen zien. Zelf consequent goeiendag blijven zeggen. En als je je blijft storen aan je buren, ga dan op een eiland wonen sèg. Maar heb toch ‘s wat meer begrip voor die ander. Wat wil je, als je geen toekomst hebt, geen werk vindt, natuurlijk worden die drugs dan verleidelijk… En als je met je kinderen op een klein appartementje woont en het is zomer, ben je toch blij als moeder als je kinderen buiten kunnen spelen tot laat in de avond.

Natuurlijk is er veel moeilijk te begrijpen. De wreedheid van extremisten bijvoorbeeld. Sommige dingen zul je nooit kunnen vatten.

Onze moskeeronde is afgelopen, haar tred terug naar het PSC wordt trager, ze wil nog zoveel kwijt. “Ja, ik denk veel na”, beaamt ze. En ik, ik dank haar dat ze haar gedachten met mij wilde delen en ga verwonderd naar huis. Het kan dus wèl. Samenleven.